Sluis.- De laatste wandeldag van 2012 deelde ik het gezelschap van de fractie en het bestuur van de lokale PvdA afdeling. Die afdeling ken ik een beetje; samen met anderen hielp ik de lijst samen stellen bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen. Dat was een delicaat klusje; de gemeentelijke politiek in Zeeuwsch Vlaanderen hangt veelal af van individuen die vaak een levenlang een rol spelen of willen spelen binnen de gemeentelijke politiek.
Joyce Vermue, bestuurslid, fractievoorzitter Robert Evers en gemeenteraadslid Joyce Kramer trof ik om elf uur nabij het Belfort in Sluis. Dat is een bijzondere plaats; jaarlijks komen er miljoenen toeristen op het uitgebreide en levendige winkelaanbod en de hstorische stad af. In de Middeleeuwen was Sluis een belangrijke havenstad aan het Zwin die Brugge met de Noordzee verbond. In Sluis kun je voortreffelijk eten, niet alleen in het driesterren restaurant Oud Sluis van Sergio Herman of in le Trinité, ook erkend met een michelinster, maar ook in Frituur Sluis, mijn favoriete restaurant of in een van de talloze andere gelegenheden.
In het verleden leefde de grensstreek voor een groot deel op de bancaire sector. Vlamingen, Brusselaars en Walen brachten hun spaarcentjes allemaal over de grens; tientallen filialen van banken leverden honderden banen op. Door invoering van Europese regels en het opheffen van het bankgeheim zijn al die filialen verdwenen en daarmee de toeloop in de grensstreek. Sluis, meer dan Hulst heeft zich aan die ontwikkeling kunnen onttrekken. Nog steeds komen de zuiderburen met duizenden dagelijks ‘shoppen in Holland’.
Net als Retranchement en Hulst heeft ook Sluis de geschiedenis van een vestingstad. We wandelden met elkaar een rondje over prachtige, hoge wallen van Sluis en onderweg vertelt Robert over een nieuwe wijk, buiten de Wallen. “We mochten van de provincie geen nieuwe huizen meer bouwen, alleen voor heel bijzondere gevallen werd een uitzondering gemaakt. Nou ja, dan vinden we toch een uitzondering… Daar zie je de Engelse wijk. Alle huizen hebben een speciaal Engels karakter gekregen; het is helemaal volgebouwd.” Nieuw volk heeft het niet getrokken; mensen uit het oude vestingstadje zijn de Wallen overgestoken en hebben zich in de nieuwe wijk gevestigd.
Sluis is in oppervlakte een van de grootste gemeenten van Nederland. Het is tegelijk een van de minste bevolkte delen van Nederland. Het aantal inwoners in vergelijking met 1830 nauwelijks gestegen. De komende jaren zo verwachtten de ambtelijke diensten, neemt het inwoner aantal af. De jongste maanden is er echter een kentering; Sluis in ontdekte door jonge Vlaamse gezinnen die de grens oversteken en afkomen op de grote, goedkope huizen. Immers, aan de overkant van de Nederlands- Belgische grens ligt Knokke-Heist; de meest mondaine en duurste gemeente van Vlaanderen. Eenvoudige mensen kunnen daar echt niet terecht.
“Ja, er zijn veel Vlamingen die nu op de lage huizenprijzen afkomen, “legt Robert uit, “maar zij maken geen gebruik van de voorzieingen. Ze gaan in Vlaanderen naar school en houden daar ook hun sociale netwerk. Het enige voordeel is dat de huizen niet leeg staan.”
We lopen door de regen naar het centrum van Sluis, langs de St. Johannes de Doper kerk, een markant en beeldbepalend gebouw in het stadje,. Het is een van de vele kerken die dit jaar gesloten worden. “Het gebouw is niet van ons, van de gemeente,”vertellen de beide raadsleden, “Dus we weten niet wat er op ons afkomt. We wachten maar af, wat dat betreft.”
In een etablissement in het centrum van Sluis treffen we de andere leden van het bestuur van de PvdA afdeling, de fractie en de wethouder. Adrie Oosterling, oud voorzitter van de afdeling, een markant PvdA-er en vriend is er ook. Adrie is nog steeds actief. “Ik ga elke dag de straat op om te luisteren en te spreken met de mensen. Ik wil weten wat er leeft. Alleen dan kun je aan politiek doen; je moet altijd willen weten hoe het met de mensen gaat,” vertrouwt hij me toe. “Dat is de belangrijkste les voor iedere politicus.”
’s Middags gaan met z,n drieën naar Aardenburg. De regen gust naar beneden en jaagt al het leven van de straten. Wij lopen door. We maken een ronde door de geboorte en woonplaats van Robert, bovendien de oudste stad van Zeeland en Nederland. De Romeinen hadden hier in Aardenburg een belangrijk machts en handelscentrum… Brugge ligt halverwege de oudere steden Aardenburg en Oudenburg…. Om maar iets te zeggen. De bekende Amsterdamse handelsfamilie van Eeghen heeft hier haar wortels.
Maar de grote dynamiek uit vroege tijd en de Middeleeuwen is verdwenen. Aardenburg is nu een stille plaats, met prachtige, historische panden en overal in het centrum wordt de bezoeker getroffen door gedichten in de openbare ruimte; er zijn nogal wat galeries en je vindt er de aardigste beelden. Opvallend daarbij is het beeld van Petronella Moens, de blinde schrijfster (1762- 1843) Van het voormalige stadhuis zal een bijzonder museum worden gemaakt, vertelt Robert met gepaste trots. Of er in de toekomst nog voldoende kinderen zijn voor twee basisscholen, valt te bezien.; de katholieke basisschool is het grootst en sterkst; het openbaar onderwijs is van oudsher kleiner in Aardenburg… Wellicht is het handig om op enige termijn de krachten te bundelen, denkt Robert.
We komen uit bij café aan de vroegere haven; we zijn nat en koud en wat is, zo op de laatste dag van het jaar, een warme choco dan lekker!