Oude Bildt Syl.- Onderweg, door Friesland, werd het me voortdurend verteld: “Het Bildt, dat is een aparte streek in Friesland. Ze spreken daar Bildts, dat is geen Fries hoor. Maar mooi is het wel.” Dat was niets te veel gezegd. De wandeling door het Bildt werd een van de hoogtepunten van de voettocht in het eerste jaar. Over de mooiste straat van Nederland; over een van de mooiste polders van het land, over een van de mooiste dorpen onderweg, en over die ene, bijzondere vrouw.
We treffen elkaar, een hele ploeg partijgenoten uit het Bildt, in de Aerden Plaats, in het prachtige dorp Ouwe Syl. Het Bildt ligt in het noordwesten van Friesland, tegen de Waddenzee aan; prachtige polders op zware zeeklei, en met dorpen zo mooi dat het duizelt wanneer je alleen al naar de namen luistert, Ouwe Syl, Nieuwe Syl, Zwarte Haan…
De Aerden Plaats is weer een van die aardige culturele centra waar Friesland zo rijk aan is. Hier tref je de archeologische en cultuurhistorische geschiedenis van de streek en hedendaagse kunst uit het Bildt, maar je kunt er ook een kopje koffie en thee drinken en een heerlijke gevulde koek krijgen. Het is het begin en eindpunt van ieder bezoek aan het Bildt, denk ik.
Wij beginnen zo, met elkaar, met koffie en koek. Met twaalf zijn we en we spreken over de ontwikkelingen in de partij, in het politieke den Haag van Mark Rutte en Maxime Verhagen, over de gevolgen daarvan in het Bildt. Lutz Jacobi, Tweede Kamerlid uit Wergae, en ik vertellen over onze ervaringen.
Wie het Bildt zegt en de Partij van de Arbeid daaraan verbindt, zegt in een adem Anita Andriesen. Zij was de onbetwiste aanvoerder van de Friese sociaal democraten en veel meer dan dat. Anita, afkomstig uit een boerengezin uit Sint Anna Parochie, was een moeder voor Friesland, eigenzinnig, onverschrokken, over alle partijgrenzen heen bindend en doortastend. Bij de provinciale verkiezingen in 2007 voerde ze, samen met de Friese PvdA, een grootse persoonlijke campagne: Anita voor Friesland. 125 vooraanstaande Friezen, ook uit de VVD verklaarden op haar te zullen stemmen; met haar rode autootje reed ze door de provincie en sprak met iedereen over haar droom voor Friesland: leefbaarheid en de sociale contacten op het platteland zijn op orde; praten, lezen en schrijven in het Fries is normaal en het onderwijs is op alle niveaus op orde; Friezen zijn cultureel actief en het vrijwilligerswerk wordt ondersteund. Kennis instituten Wetsus en Cartesius worden verder ontwikkeld…. En met de Droom van Anita won de PvdA de provinciale verkiezingen in 2007 glansrijk, in tegenstelling tot de landelijke trend.
Voor de landelijke partij van Wouter Bos was haar boodschap steeds helder en duidelijk: de partij moet naar links, dicht bij de mensen, gehecht zijn in de gemeenschap; verdraagzaam en vooruitstrevend. Van het onverdraagzame individualisme in combinatie met het sociaal liberalisme moest zij niet zo veel hebben. Haar kleur was niet voor niets rood; en niet voor niets werd zij ‘t Bildts Roasy genoemd.
Het Friese platteland was voor Anita van het allergrootste belang. ‘Om de kwaliteit van de Ruimte’ was de titel van haar visie op de ruimtelijke ordening in Friesland. Als geen ander slaagde zij hier in om tegengestelde belangen met elkaar te verbinden en vertrouwen in de samenleving te organiseren. De nota Om de kwaliteit van de Ruimte is nog steeds een ijkpunt in de Friese politiek. Anita Andriesen, getrouwd met Sytse Keizer en moeder van drie jongens, overleed in 2008.
In de Aerden Plaats leerde ik nu ook Sytse kennen; Anita kende ik immers uit het Kats Beraad; het clubje wat elkaar af en toe trof in het kader van de Katse Brieven. Voor Sytse, uitmuntend kenner van het Bildt, ons mee nam voor de voettocht naar de Zwarte Haan, wijst hij op de Julianakerk, nu onderdeel van de Aerden Plaats, maar tot voor kort in gebruik als een Doopsgezinde Vermaning (kerk) uit 1806.
Dat is bijzonder; in de loop van mijn tocht door Friesland ben ik met regelmaat Doopsgezinde kerken tegen gekomen, onder andere in IJlst, maar ook in Joure en Stiens, waar Pieter Jelles Troelstra opgroeide. Ik kende die Doopsgezinde gemeenschap eigenlijk niet; alleen in het onvolprezen Geuzenboek van Louis Paul Boon was ik de beweging tegen gekomen, als Wederdopers. In Leeuwarden echter, in het geweldige Tresoar (het Fries historisch en letterkundig Centrum aan de Oldenhove) bleek een tentoonstelling over de Doopsgezinden, die ook Mennisten worden genoemd. Menno Simons, (1496- 1571) was een voormalige priester, geboren in Witmarsum, die later als kerkhervormer naast Luther, en Calvijn de Reformatie in beweging zette. Zijn volgelingen werden intens vervolgd maar bleven desondanks trouw. De Doopsgezinde gemeenschap ontwikkelde zich vanuit Friesland en Groningen als een kleine maar krachtige beweging: Mennisten gelden als sober, geweldloos, mondig, bondig, weerloos en radicaal. Het motto boven de ingang van de ‘Vermaning van IJlst’ is in mijn geheugen gegrift: ‘Eenheid in ’t Nodige; Vrijheid in ’t Onzekere; in alles de Liefde’. En op de een of andere manier weerklinken al die kenmerken ook door in de Friese samenleving en sociaal democratie.
Welaan, we gaan op weg naar Zwarte Haan, met Sytse, Remco, Greetje, Thomas, Freek, Tineke, Meia, Monique, Doeke en Lutz. Terwijl we langs een smalle vaart lopen, het dorp uit, vertelt Sytse dat het Bildt in 1505 werd ingepolderd door Alblasserdammers, die bekend stonden als uitmuntende dijkenbouwers. Het Bildt ligt tegen de Waddenzee aan; het land is van dezelfde zware zeeklei als die van de Oud Noord Bevelandpolder, waar ik woon, en die, opvallend, ook door Alblasserdammers werd bedijkt.
De zeedijk is hier hoog en machtig; de koude wind en de winterzon tekenen een groots en onaantastbaar landschap. De stille polders binnendijks, met de geploegde akkers rustend tot het voorjaar zijn een uitdrukking van een onbekommerd vertrouwen in de kracht van mens en natuur. De lijnen in dit landschap; de ruimte van de lucht en het bewegen van de wolken daarboven scheppen het leven, bij elke stap, in elk ogenblik.
Aan de andere kant van de dijk, het ruige landschap van kwelders en slikken en daarachter de Waddenzee. Uren wandelen we in westelijke richting over wat Sytse Keizer terecht noemt, de mooiste straat van Nederland.
Uiteindelijk komen we uit bij het monument voor Anita Andriesen bij Zwarte Haan. Het monument, twee lange banken van roestvrij staal, bij elkaar maar niet tegenover elkaar, werden geplaatst door het Friese provinciebestuur als dank voor de inzet van Anita voor Friesland en het Friese landschap. Vanaf de ene bank kijk je uit over de polders; vanaf de andere bank zie je de Waddenzee en boven dat alles die oneindige lucht. Samen staan we hier stil en kijken en luisteren en denken aan Anita, die zo zeer gemist wordt.
Wie een indruk wil krijgen van deze wandeling, is hier het gefilmd verslag van Thomas Kuipers die dit maakte voor zijn opleiding journalistiek. Zijn filmpje werd afgekeurd door zijn docent; die wilde er niet eens naar kijken…
Klik het kopje Jan in de media aan, hier boven op de website en daar is het filmpje te vinden! Veel plezier er mee.